De verwachtingen rondom FC Den Haag-verdediger Daniel Granli zijn hooggespannen. De 29-jarige Noor is eindelijk terug van een blessure en denkt zelf dat hij gaat uitblinken in de Keuken Kampioen Divisie. Al moet hij daarvoor eerst nog even aan de Nederlandse voetbalcultuur wennen.
Een leider, een sleutelfiguur en ‘de complete centrale verdediger’. Trainer Darije Kalezic stak in aanloop naar Granli’s rentree tegen FC Dordrecht met deze woorden de loftrompet over zijn zomeraanwinst. De Bosniër heeft hoge verwachtingen van de ervaren Noor. En Granli zelf? Die heeft door een blessure genoeg tijd gehad om te wennen aan Nederland en barst van het zelfvertrouwen.
Technisch directeur Joris Mathijsen verraste eind augustus met de komst van de verdediger. Granli’s overstap van Aalborg BK naar FCDH kwam voort uit het feit dat hij met zijn Nederlandse vrouw en hun pasgeboren kind naar familie in Amsterdam wilde, zo vertelde hij eerder aan deze site. In Denemarken woonden ze ‘toch maar alleen’. Bij FCDH vond hij zijn nieuwe voetbal-thuis.
Maar kort nadat hij zich bij de Haagse selectie had gevoegd, kreeg hij last van zijn achillespees. ,,Dat was een lastige blessure”, vertelt Granli. ,,Ik was op een gegeven moment ook bijna terug, maar kreeg weer een nieuwe klap. Dus het heeft langer geduurd dan verwacht. Ik moest ook weer even in het ritme komen.”
Nederlandse vrouw
Het feit dat hij direct na aankomst in een nieuw land moest revalideren, vond hij geen groot probleem. ,,Ik weet hoe het werkt en ik wist dat ik weer terug zou komen”, zegt hij nuchter. Door de blessure had hij wel de tijd om in Nederland te settelen. Iets wat volgens hem ‘lekker snel’ ging. ,,Het helpt natuurlijk dat mijn vrouw hier vandaan komt. De nieuwe teamgenoten hebben mij ook goed opgevangen.”
Maar echt cultuur snuiven heeft hij niet gedaan. ,,Een beetje steden bezoeken, dat vind ik niet belangrijk. Ik ken het hier al redelijk en door alle uitwedstrijden zie je ook wat van het land. In plaats van de Nederlandse cultuur leer ik veel liever de Nederlandse voetbalcultuur kennen.”
En die oer-Hollandse voetbalcultuur kreeg hij op bezoek bij FC Dordrecht bijna letterlijk door zijn strot geduwd. Het duel had alle ingrediënten van een typische wedstrijd in de Keuken Kampioen Divisie. Een hobbelig veld, een staking door een beker op het veld, een eigen doelpunt (van hemzelf), zo’n harde tegenwind dat lange ballen vanzelf terugvliegen en zoveel hagel dat je eigenlijk geen hand voor ogen zag. ,,Tja, deze horen er ook bij”, concludeerde Granli over de koude avond aan de Krommedijk. ,,In deze competitie heb je veel intensiteit in het spel, veel kansen aan beide kanten en niet zó tactisch.
‘Een beetje roestig’
Of hij daartussen past en een leider kan zijn voor de Haagse defensie? Daar twijfelt de Noor geen seconde over. ,,Ik heb veel ervaring, ik zie mijzelf als belangrijke speler. Daarom wilde ik graag vanaf het begin spelen. Het was tegen FC Dordrecht nog een beetje roestig. Ik verwacht veel beter van mezelf. Maar om na drie maanden weer zeventig minuten te spelen voelt goed, zelfs in de keiharde hagel en wind. Dat zegt genoeg.”
Aan zelfvertrouwen geen gebrek bij Granli. In Noorwegen promoveerde hij al eens – een trucje dat hij in Den Haag graag herhaalt. En vorig seizoen won hij ook de Deense beker met Aalborg BK. Alleen het vertrouwen in zijn eigen lichaam moet nog even groeien. ,,Het voelt nu goed, maar na alle terugslagen ben je wel voorzichtig. Hopelijk kan ik vandaag tegen Jong FC Utrecht de wedstrijd uitspelen.”
Bron: ad