Het zijn bijzondere weken voor jongeling Finn van Breemen. De 19-jarige centrale verdediger draait al de gehele voorbereiding mee en mocht deze week ook mee op trainingskamp met de A-selectie naar Noordwijk en Zeist. De verdediger ruikt zijn kans op een doorbraak.
Een glimlach verschijnt op het gezicht van Finn van Breemen, als hij denkt aan de busreis na het duel met Laakkwartier. Dan hoort de jongeling dat hij mee mag op trainingskamp met de A-selectie. Wanneer hij thuiskomt, vertelt hij het direct aan zijn ouders. ,,Ze waren euforisch, echt ongelofelijk blij. Naar dit soort momenten heb ik jarenlang, met hun hulp, toegewerkt”, aldus Van Breemen.
De voorbije weken valt de verdediger met een flinke bos krullen bij FC Den Haag in positieve zin op. Hij is er vanaf de eerste training bij en scoort meteen in het duel met Laakkwartier. Eenmaal mee op trainingskamp doet hij dat, tijdens de wedstrijd tegen Jong PSV, dunnetjes over.
,,Ik heb zelf in ieder geval het gevoel alsof ik het niveau aantik. Ik verlies niet vaak de bal, speel goed tussen de linies en pik af en toe mijn doelpuntje mee. Daarnaast neem ik zo nu en dan de coaching op me. Ik maak gewoon een goede ontwikkeling door.”
Erbij horen
En niet onbelangrijk: hij voelt zich op zijn gemak in de selectie, ondanks dat hij dus nog relatief jong is. ,,Ik vind het tot nu toe gezellig en heb het gevoel alsof ik er echt bij hoor. Niemand heeft een groot ego en denkt: dat is een jong pikkie, dus hem laat ik links liggen. Dat is prettig.”
Zijn officiële debuut maakte Van Breemen overigens vorig seizoen al, in het duel met FC Emmen, waarin toenmalig trainer Giovanni Franken voornamelijk jeugdspelers de kans gaf. Maar een serieuze kans bij het eerste, die kreeg Van Breemen niet eerder.
Nu hij die in de voorbereiding wel krijgt, wil hij meer. Ook al is de concurrentie centraal in de achterhoede fors. ,,Maar ik ben achter Dirk Carlson wel de enige linksbenige centrale verdediger. Ik wil er hoe dan ook voor gaan om vast bij de selectie te blijven. En dan moet ik er staan als de kans zich voordoet.”
Door: Stan Wagtman
Bron: ad