Ook in de slotfase van de competitie blijven de problemen zich opstapelen bij FC Den Haag. Bestuurlijk was het al onrustig en de stand op de ranglijst spreekt boekdelen. Daarnaast puilt de ziekenboeg uit en zit het op mentaal vlak ook niet goed, bleek tijdens het thuisduel met FC Utrecht.
Met nog zes competitiewedstrijden te gaan is de Haagse hoop nog verder afgebrokkeld. In het thuisduel met FC Utrecht werd nog maar eens onderstreept dat het momenteel op alle vlakken fout gaat bij FCDH. De bestuurlijke- en financiële perikelen waarvan de club in de ban is en de sportieve malaise die inmiddels al twee seizoenen lang aanhoudt, worden in de cruciale fase van dit seizoen aangevuld door een enorme blessurelast.
Want even leek het alsof de tijd ruim een halfjaar was teruggedraaid. Maar toen bij FCDH aan het begin van het seizoen de één na de andere jonge speler debuteerde, was dat vanwege een bewuste koerswijziging die de Haagse club had ondergaan. Tegen Utrecht kwamen er weer drie jonkies voor het eerst binnen de lijnen. Xander Severina en Cain Seedorf vanaf de aftrap, Silvinho Esajas als invaller. Dit keer was het omdat Ruud Brood simpelweg weinig keuze had.
Drie van de ervaren versterkingen die FCDH afgelopen winter haalde, ontbraken bijvoorbeeld. Behalve de al langer geblesseerde Daryl Janmaat waren Nasser El Khayati en Youness Mokhtar niet fit genoeg om te spelen. Ze waren onderdeel van een waslijst aan blessuregevallen. Michiel Kramer, Peet Bijen, Gianni Zuiverloon, Jamal Amofa en Dario Del Fabro waren er ook niet bij.
Geen automatismen en organisatie
Het zorgde ervoor dat er bij FCDH weer geen automatismen waren, geen organisatie bovendien. Zo moest Milan van Ewijk centraal achterin spelen, omdat er vijf centrale verdedigers geblesseerd zijn. Op die positie oogde de rechtsback zeer onwennig. En dat kan ook worden gezegd van debutant Seedorf, die op de plek van Van Ewijk stond.
,,Het zit hem in de afspraken die je onderling moet maken”, legt Boy Kemper die situatie uit. ,,Milan weet wel wat er gevraagd wordt in het centrum, maar het is toch lastig. Ik heb zelf ook af en toe centraal gespeeld en nu speel ik linksback. Dat is elke keer weer even wennen, even aanpassen. Dan moet je elkaar helpen, dat moet je blijven doen. Een stapje harder lopen voor elkaar, zorgen dat iedereen zich comfortabel voelt. Ik hoef mezelf voor geen één wedstrijd te motiveren, het zit in mij dat ik dat altijd ben.”
Kemper was van alle spelers nog degene die het meest stabiel en volwassen oogde. Daarmee toonde de linksback nog aan dat het wel degelijk mogelijk is om je te ontwikkelen als speler in Haagse dienst. Tijdens zijn debuut, in de eerste wedstrijd van dit seizoen, stapelde hij de beginnersfouten nog op. Nu moet de Haagse achterhoede min of meer op hem leunen. Dat gegeven onderstreept óók dat er verder nauwelijks progressie in het Haagse team zit.
Karakter
,,Niet iedereen heeft hetzelfde karakter, daarom heb je elkaar nodig”, analyseerde trainer Ruud Brood het verschil tussen Kemper en veel andere, eveneens jonge spelers. ,,Maar je hebt ook duidelijkheid nodig en het heeft met meerdere facetten te maken dat sommige jongens dat nu misschien niet voelen. Als er één of twee ervaren krachten niet meedoen, kan het zijn dat je tegen een tegenstander als FC Utrecht nergens in de duels komt. Maar er waren momenten waarop we dat wél hadden kunnen doen. Dan moet je agressiever zijn, elkaar helpen, afspraken nakomen. Wij hebben vijf centrale verdedigers in de lappenmand, dat is een gegeven. En van de jeugd kan je misschien niet meer verlangen dan wat ze vandaag hebben laten zien, maar we zijn wel kritisch. Het is gewoon niet goed. Boy is een jongen die het wél op kan brengen, maar als een ander het laat lopen, heeft hij ook een probleem.”
Daarmee komt het erop neer dat ze bij FCDH er steeds meer problemen bij krijgen. Want hoe groot de bestuurlijke zorgen, de degradatiestress en de blessurelast ook zijn, voorlopig moeten Brood en de beschikbare ervaren spelers er eerst voor zorgen dat de Haagse ploeg in mentaal opzicht vooruitgang boekt. En dat met nog maar zes wedstrijden te gaan.
Bron: ad
1 Reactie
Peter
Het is allemaal één groot probleem. Verkeerde mensen op de verkeerde plaats.
Marcoke
Maakt helemaal niets meer uit wie er in staat, ze falen allemaal.
In november nog een lachende Kramer: maar Jim, we hebben nog 20 wedstrijden en we gaan 100% zeker niet degraderen! Ik hoor het hem nog zeggen. Terwijl iedereen al zag dat het ernstig fout zat.
Compleet gebrek aan ook maar enige zelfreflectie bij die knulletjes incl trainer.