In de eerste oefenwedstrijd van het nieuwe seizoen tegen MVV rouleert FC Den Haag er flink op los. De vervelende smaak van vorig seizoen lijkt volledig weggespoeld. Een compleet nieuwe trainersstaf, een nieuw technisch hart, zes nieuwe spelers, een andere trainingsomgeving en het besef dat FC Den Haag vorig seizoen middels een houdini-act in de eredivisie is gebleven, moet de Haagse club aankomend seizoen op een ander spoor zetten.
Een grote glimlach is zichtbaar op het gezicht van Aaron Meijers als vrijdagavond na 147 dagen wachten de bal weer in wedstrijdverband rolt. De aanvoerder van de Haagse club start op zijn vertrouwde plek als linksback. Hij oogt ontspannen, uitgerust en energiek. Iets dat 147 dagen terug anders was. Toen stond de Haagse club aan de rand van de afgrond en leek degradatie onafwendbaar. Door de coronauitbraak werd de competitie afgebroken en bleef FCDH behouden voor de eredivisie.
De zin om weer te voetballen is terug. Dat gevoel heeft Meijers tijdens zijn drie weken durende vakantie dagelijks. ‘Ik heb wel naar de eerste training uitgekeken ja’, bekent hij. ‘Het voelt toch wel als een ‘nieuw begin’. Kort voor de vakantie hebben we het vorige seizoen met de groep afgesloten. Nu zijn er nieuwe jongens en een compleet nieuwe staf. Het besef dat we aankomend seizoen eredivisie spelen kwam al eerder, maar het hoofdstuk echt afsluiten kwam in de vakantie. Even vrij, even weg.’
Heeft het vorige seizoen een litteken achtergelaten bij jou?
Ja,
sowieso, maar ik denk ook bij clubs waar het goed ging. Het is een
uniek seizoen geweest. Voor ons was het extreem slecht, voor andere
clubs extreem goed. Maar het heeft bij iedereen voor een rare wending
gezorgd.
Wat doet ‘extreem slecht’ voetbal met je energie?
Het
plezier ebt wel weg. Als het slecht gaat, heb je minder plezier. Dan ga
je met minder plezier trainen. Dat blijft dan in een cirkel rond gaan.
Het gaat in je kop zitten. Hoe je zoiets doorbreekt? Dat is het
moeilijke. Wij probeerden dat, maar dat was tot de wedstrijd tegen AZ
niet echt gelukt. Dat moest in de laatste duels gaan gebeuren.
Maar dan moesten jullie van heel ver komen in die laatste wedstrijden.
Dat
moesten we ook. Je probeert positieve energie te zoeken, dat proberen
de trainers ook. Je zoekt aanknopingspunten, je kent het wel. Dat is
moeilijk, want het spel was gewoon niet goed. Als dan het spel én de
punten uitblijven, is dat heel lastig.
Wat heb jij als
ervaren speler opgestoken van zo’n seizoen? Ga je dingen eerder
signaleren, kijk je anders naar trainingen, trek je eerder aan de bel
als je verslappingen ziet?
Je probeert het altijd te
voorkomen, maar het laatste ding wat je zegt is wel een punt. Als je
ziet dat er verslapping optreedt – daar is nu natuurlijk geen sprake van
aan het begin van het seizoen – dan probeer je dat wel te signaleren en
dan probeer je daar op in te spelen. Die taak is er ook dit seizoen
voor de wat oudere jongens.
Hoe groot wat de klap toen jij begin januari door Alan Pardew op de bank werd gezet?
Dat
was wel een tikkie. Ik weet dat ik niet goed speelde, maar op het
trainingskamp in Spanje speelde ik in de laatste oefenwedstrijd tegen
Hoffenheim. Ik zat er lekker in, dus ik had het niet verwacht. Daarnaast
had ik ook een goed gesprek met de trainer gehad. Dat je dan gelijk
vanaf de eerste wedstrijd niet meer speelt, voelde wel als een tik.
Zeker ook, omdat ik onder hem geen kans heb gekregen.
Had je een ’tikkie’ nodig?
Ik
zeg altijd van niet, maar misschien onbewust wel. Daarna keerde ik
redelijk snel weer terug in het elftal, als linkshalf. Dat vond ik
prima. Ik zat er zo in dat er iets moest gebeuren om ons als ploeg weer
punten te laten pakken. Dan moeten de persoonlijke teleurstellingen
opzij. Dat besef kwam bij mij vrij snel.
Hoe gaat dat dan dit seizoen? Zeg je tegen de nieuwe trainer dat je weer linksback wil spelen?
Nee.
Hij is bekend met de eredivisie en kent de spelers. Ik heb daar niet
over gesproken en sta gewoon weer als verdediger. Als de trainer Ideeën
heeft voor de half-positie, dan sta ik daarvoor open. Ik zie mezelf meer
als een linksback, die het beter moet gaan doen dan vorig seizoen.
Hoe is de nieuwe trainer Aleksandar Rankovic?
Zonder
voorgangers te kort te doen, ben ik positief. Hij traint veel met de
bal. Ik vind het prettig om bijvoorbeeld een warming-up te doen met een
bal. Verder zit hij er kort op, maar dat doet iedere trainer in de
voorbereiding. Dus wat dat betreft is het nog te kort om een duidelijk
beeld te schetsen. Je merkt in de anderhalve week die we onderweg zijn
wel heel duidelijk zijn idee en opvatting. Dat bevalt de groep goed.
Tot dusver is een leger aan huurspelers vertrokken, slechts zes nieuwe spelers en een groot gedeelte van de selectie is nog aanwezig. In hoeverre durf jij ambitieuze uitspraken over komend seizoen te doen? De top van het rechterrijtje of misschien zelfs linkerrijtje…
Wij zijn niet in de positie om dat soort uitspraken te doen. Het is altijd afwachten hoe andere clubs er voor staan. Dat is nu in deze tijd keer twee. Je weet niet hoe de financiën zijn. Ook bij FCDH is het niet hosanna. We hebben nog zeven weken te gaan, er is nog zo weinig over te zeggen.
Tot slot even iets persoonlijks. De teller staat op meer dan 250 wedstrijden voor FC Den Haag, je gaat je negende seizoen in. Je hoort nu echt bij het meubilair. Als je zo lang bij een club zit, zoek je dan niet een keer nieuwe prikkels?
Als ik kijk naar mijn jaren hier, dan vind ik die prikkels wel in de vorm van nieuwe trainers of spelers.
Maar dat is altijd randvoorwaardelijk…
Dat
is ook zo, maar ik hecht veel waarde aan de dingen die ik heb. Die
koester ik. Ik heb het hier altijd naar mijn zin gehad. Als er iets
anders komt, en het is interessant, dan sta ik daar zeker voor open. De
afgelopen jaren kon ik een paar keer een andere stap maken, maar het was
keer op keer niet de juiste keuze, gevoelsmatig. Mensen zeggen wel
eens: ‘het is makkelijk, want het is vertrouwd’. Als ik me goed voel,
dan ga ik niet een stap maken om een stap te maken.
Hoe kijk je dan naar je maatje Vito Wormgoor, die momenteel in Amerika speelt?
Dat vind ik mooi!
Kijk je daar jaloers naar?
Nee,
want jaloers heeft iets negatiefs. Ik vind het heel mooi, want ik weet
dat hij graag in Amerika wil spelen. Ik heb daar ook over nagedacht,
maar zoiets moet wel op je pad komen, en het gevoel moet goed zijn. Bij
mij is dat niet op mijn pad gekomen.
Eén van de nieuwe
spelers is Boy Kemper, een linksback, een concurrent. Er zijn jaren
geweest dat jij de enige linksback was. Hoe kijk je naar zijn komst?
Dat hebben we nodig. Zo eerlijk moet je zijn.
Maar je moet het ook kunnen uitspreken, dat het goed is dat er concurrentie is.
Je
moet iedere positie dubbel bezet hebben. We hadden dat soms half,
bijvoorbeeld met Wilfried Kanon, die kon ook als linksback spelen, maar
hij speelde bij ons centraal. Boy is een goede linksback, dus prettig om
erbij te hebben. Dat is misschien wel goed voor mij.
Ga je dan twee stappen harder lopen?
Nee, dat moet niet uitmaken, maar onbewust misschien wel. Dat je een stapje harder gaat lopen, maar dat is niet zoals ik het voel.
Bron: omroepwest
1 Reactie
peter vakkie g
dan moet je maar linkshalf gaan spelen meyers alst kemper een betere linksback is
edjuhh
je zegt Als kemper beter is….kemper IS gewoon beter
van alle oude garde is hij nog de meest bruikbare
rest strik erom en uitzwaaien naar de amateurs of KKD