Na een voetbalcarrière om ‘u’ tegen te zeggen, hoopte Dirk Kuyt op een loopbaan in de top van het trainersvak. Maar zijn allereerste avontuur, bij FC Den Haag op het tweede niveau van Nederland, eindigde in een nachtmerrie. Is de trainerscarrière van de Katwijker al over voordat deze goed en wel was begonnen?
Vlak na één van zijn laatste duels als trainer van FCDH was Dirk Kuyt eerlijk en realistisch. Ja, natuurlijk wilde hij dolgraag aanblijven als trainer van de Haagse club, waar hij in de zomer nog vol ambitie en verwachtingen was gestart. Juist omdat hij het gevoel had het nog te kunnen omdraaien.
Maar zou FCDH een andere beslissing nemen, kon Kuyt er ook vrede mee hebben. ,,Ik zit in de luxepositie dat ik dingen kan doen die ik leuk vind. Als de club dan een andere beslissing wil maken, dan zie ik het wel. Ik ben en blijf knokken, maar op een ontslag heb ik geen invloed”, zei Kuyt.
Berusting
De ‘winnaar’ die de Katwijker zelf altijd zegt te zijn, die zal nooit verdwijnen. Maar er leek de voorbije weken ook iets van ongebruikelijke berusting op te treden. Berusting dat zijn eerste serieuze klus als trainer, na een eerdere stage bij Quick Boys en het trainen van de onder 19 van Feyenoord, faliekant is mislukt. Berusting dat het niet de kickstart van zijn trainerscarrière werd waarop hij zo had gehoopt.
En berusting dat het trainerschap van Feyenoord, dat wat hem ooit was toegezegd, verder weg dan ooit is. Want dat is het na het dramatisch verlopen avontuur bij FCDH, de club waarmee de oud-international van de zestien competitieduels er slechts vier won. Diep van binnen was Kuyt ervan overtuigd dat dit, na zijn bewuste vertrek bij Feyenoord in 2021, waar niet hij maar Arne Slot hoofdtrainer werd, de goede stap was.
De Kuip
Via FCDH zou hij misschien alsnog in de Kuip kunnen belanden. Direct, of via een tussenstap. Of anders een mooie trainerscarrière bij andere clubs kunnen beleven. Maar in alles werd de voorbije maanden pijnlijk duidelijk dat Kuyt daar, in ieder geval voorlopig, niet klaar voor is en een club die vorig seizoen nog met anderhalf been in de eredivisie stond, niet aan de praat kreeg.
Iets wat deels niet eens zo onverklaarbaar is. Kuyt kwam in juni binnen bij een club die niet alleen een schrammetje, maar een krater van een wond had. Een club waar de negativiteit na het debacle tegen Excelsior, waarin promotie naar de eredivisie was misgelopen, voelbaar was tot in alle geledingen. Iets wat, mede door de resultaten, nooit veranderde.
Maar daarnaast heeft Kuyt op de facetten waarop hij wél invloed had, simpelweg gefaald. Nooit slaagde hij erin om van FCDH een met een gedachte spelend collectief te maken, waardoor de Haagse ploeg niet de haast onoverwinnelijke vechtmachine van vorig seizoen werd. Sterker nog: FCDH was gedurende de vier maanden van de Katwijker in Den Haag los zand.
Sowieso werkte Kuyt dat zelf in de hand door zijn elftal keer op keer om te gooien en in totaal 26 spelers in veertien competitiewedstrijden te gebruiken. Vastigheid ontbrak daardoor volledig in het elftal. Ook bleef Kuyt constant spelers gebruiken die onder zijn hoede meermaals aantoonbaar hadden gefaald, iets wat in Den Haag door mensen van binnen én buiten de club als ‘bijzonder’ werd beschouwd.
Onvoldoende
Onder zijn leiding was FCDH bovendien een ploeg waarin het aan elke vorm van mentaliteit ontbrak. Een behoorlijk aantal spelers liep er week in week uit zonder vertrouwen, Haagsche bluf óf motivatie bij. Zijn spelers op zijn lazer geven deed Kuyt, in ieder geval publiekelijk, niet of onvoldoende.
Zaken die deels nog te verklaren zijn door onervarenheid. Maar het feit dat de Haagse ploeg nooit met een bij de ploeg passend strijdplan speelde, is dat niet. De plannen die Kuyt naar eigen zeggen in zijn anderhalf jaar na Feyenoord had bedacht, werden door de FCDH-spelers al snel als ‘te moeilijk’ beschouwd. En een plan B voor zijn spelersgroep, dat had Kuyt nooit.
Geen tactisch genie
Spelers zagen de Katwijker dan ook bepaald niet als een tactisch genie. Pijnlijk, aangezien die geluiden al hoorbaar zijn sinds Kuyt het trainersvak is ingestapt, bijvoorbeeld bij de jeugd van Feyenoord. Als zijn ene ‘te moeilijke’ plan niet werkt, is Kuyt blijkbaar onvoldoende in staat daarop te anticiperen en een passende andere tactiek te bedenken. Het maakt de twijfel over Kuyts capaciteit als trainer een gegronde.
Tegelijkertijd is het ‘te moeilijke’ plan van Kuyt iets waar hij juist wel wat begrip bij verdient. De oud-international speelde jarenlang op het hoogste niveau en was een bepaalde standaard gewend. Vreemd is het niet dat zijn ideeën juist uit die tijd en dat niveau voortkomen. Misschien zijn de plannen van de voormalig aanvaller voor een ploeg als FCDH of de jeugd van Feyenoord niet geschikt, maar passen ze bij een elftal met betere spelers wél.
Daar zijn in het verleden meer voorbeelden van geweest. Kijk alleen al naar Frank Rijkaard, die als trainer met Sparta degradeerde maar daarna met Barcelona tweemaal landskampioen werd en de Champions League won. Natuurlijk is dat voor Kuyt voorlopig allesbehalve realistisch, maar het is geen onlogische gedachte dat de voetbalideeën van hem op een hoger niveau beter tot uiting komen.
Dat Kuyts volgende club er één is met betere spelers, lijkt voor het voorkomen van herhaling van het FCDH-debacle dan ook essentieel. Alleen zullen de grote clubs na het echec in Den Haag niet in de rij staan voor de Katwijker. Zeker ook omdat de voorbije maanden pijnlijk duidelijk gemaakt dat het sentiment rondom Kuyt zulke vormen heeft aangenomen, dat hij werkelijk niets meer goed lijkt te kunnen doen.
Met Kuyt als trainer weet je één ding zeker: er wordt cynisch en met antipathie naar je trainer, spelers én club gekeken. Bij FCDH merkte men de voorbije maanden in alles hoe zeer de status van Kuyt is veranderd van gewaardeerde superprof naar dorpspastoor ‘Dirk Helwegen’. Een beeld waar Kuyt vermoedelijk niet meer vanaf gaat komen.
Een club die eraan denkt de 104-voudig international de kans te geven, zal zich om meerdere redenen dan ook eerst achter de oren krabben. Het maakt de weg voor Kuyt naar een nieuwe uitdaging, een carrière als toptrainer en laat staan een terugkeer in ‘zijn’ Kuip, nu al een hele moeilijke.
Bron: ad